maandag 18 september 2017

De eigenzinnige koster - Deel 3

Bernardus Westenbergh (1711 – 1756), oudovergrootvader


De merkwaardigste notitie in hele boek is die van Bernardus’ eigen begrafenis.


We herkennen zijn handschrift. Heeft hij zijn eigen begrafenis genoteerd? Dan kan alleen als hij wist dat hij die dag begraven ging worden, tenzij de ‘1’ van ‘1 April’ er later door een ander aan is toegevoegd, wat slecht herkenbaar is. Het betekent wel dat hij deze notitie eind maart heeft gemaakt, anders zou hij in maart begraven kunnen zijn. Heeft hij net zolang gewacht totdat hij er zeker van was dat het april zou worden?

Als we de hele bladzijde bekijken, zien we duidelijk dat het handschrift verandert na zijn begrafenis.


Verderop in het boek keert het ook niet terug. Waar in andere boeken het handschrift verandert vóór de notitie van de begrafenis van de koster, gebeurt dat hier direct erna. Nog een aanwijzing dat het toch echt Bernardus zelf is geweest.

Vond hij het een ondraaglijke gedachte dat een ander zijn begrafenis vast zou leggen? Was het zijn trots die we eerder meenden te herkennen? Of is het een 1 april grap? Dat was toen al een eeuwenoude traditie.

Het is in ieder geval een welhaast letterlijk voorbeeld van het gezegde: regeren over je graf.

Voor wie het boek eens wil doorbladeren, is dit een link ernaar op de Family Search website. De aandachtige lezer zal meer merkwaardigheden tegenkomen, zoals een ongeluk met een snaphaan op het Vrijthof en het graf van een vermoord paar ‘in de gang agter de predikstoel’ dat snel vol raakt.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten