vrijdag 1 december 2017

Pansarts, Pansaers, Panzaer, Pansaert, Pansaerts, Panzaert, Pansers, Spensers, Palsters, Pansters, Pansers, Pantzaert, Pansart, Panssart, Panssaert, Panser, Pantsers of Panster?

Gualterus Pansarts (1693 – 1771)


Doopakte

Geboren worden als Gualterus Pansarts, de eerste keer trouwen als Jacobus Pansaers, de tweede keer als Jacobus Panzaer, in officiële documenten Wolterus Jacobus Pansaert heten en overlijden als Jacobus Pansaerts: je zou er een identiteitscrisis van krijgen.

Jacobus – laten we hem gemakshalve zo noemen – leidt een leven dat even afwisselend is als de spelling van zijn naam. Hij wordt op 26 januari 1693 gedoopt in Sint-Truiden, België, als zoon van Johannes Pansarts en Anna Maria Vandendael. Tweeëntwintig jaar oud trouwt hij in dezelfde stad met Anna Maria Martau, waarmee hij tussen 1716 en 1727 in een sneltreinvaart negen kinderen krijgt.

Exact twee jaar en twee dagen na de geboorte van het laatste kind staat hij in Venlo voor het altaar om voor de tweede keer te trouwen. De bruid is deze keer Sophia Heuskens, in 1704 te Swalmen geboren als dochter van Johannes Heeskens en Petronella Wijnen.

Wat is er in die twee jaar gebeurd? Laat hij in België een vrouw met negen kinderen achter om in Nederland doodleuk met een Limburgs meisje trouwen? Ik vind geen overlijden van Anna Maria Martau, maar dat hoeft weinig te betekenen, want de boeken van Sint-Truiden zijn slecht leesbaar (en ik ben vrij waardeloos in het ontcijferen ervan).

Van de negen kinderen raken acht uit het zicht, alleen Philippus (1720-1772) laat een spoor na. Die trouwt in 1747 te Sint-Truiden met Anna Maria Vandionant (1718-1792), met wie hij tenminste zes kinderen krijgt. Philippus wordt in documenten van 1768 en 1769 genoemd als de zoon aan wie Jacobus al het vruchtgebruik over zijn bezittingen in Sint-Truiden afstaat*. Blijkbaar zijn er verder geen erfgenamen (meer).

Hoe dan ook: Jacobus vestigt zich in Swalmen, gaat op de vertrouwde voet verder en produceert bij Sophia nóg acht kinderen. En daar begint de ellende, want de arme clericus die de dopen noteert weet zich geen raad met de buitenissige Belgische achternaam. Dus heten de kinderen respectievelijk Pantzaert, Pansart, Panzaert, Pansar, Pansart, Panser, Pansar en Pansar. Er lijkt zich op het einde zowaar een consensus af te tekenen.

Helaas gaat bij de volgende generatie die consensus alweer overboord en heten Jacobus’ kleinkinderen Panzaert, Pantzaert, Pansaert, Pansters, Pansers en Spensers.



De achterkleinkinderen maken het helemaal bont door er twaalf varianten op na te houden: Palsters, Pansters, Pansers, Pantzaert, Pansart, Panssart, Panssaert, Pansaert, Panzaert, Panser, Pantsers en Panster.

Daarna wordt de variatie snel kleiner, vooral door een overschot aan dochters en het uitsterven van takken, zodat er heden ten dage nog slechts één achternaam resteert: Pansters.


Overlijdensakte

Jacobus krijgt dit allemaal niet meer mee. Hoewel hij in een document uit november 1769 nog wordt omschreven als 'gesondt ende wel te pas uytgenomen dat hij tegenwoordigh wat geïncomodeert is met eene obstructie op sijne borste'*, overlijdt hij anderhalf jaar later, op 22 maart 1771. Sophia is dan al twaalf jaar dood.

Ter afsluiting: woon je in Limburg, of komt je familie er vandaan en heet je Pansters? Dan kun je er zeker van zijn dat je afkomst in Sint-Truiden ligt, bij een man die de afgelopen eeuwen menige pennenlikker in verwarring heeft gebracht. Bovendien ben je familie van mij, want Sophia Heuskens is een kleindochter van Petrus Wijnen, een oudbetovergrootvader van me. Weet je trouwens wat in het Engelse taalgebied Pansters zijn?

* Bron: Kroniek voor Beesel, Belfeld en Swalmen.